Bjorn overwon zijn angsten dankzij gedragstherapie

Bjorn was 8 toen hij tijdens een klasuitstapje naar het bos zijn eerste paniekaanval kreeg. Sinds dat moment werd zijn hele leven in beslag genomen door zijn angsten. Pas toen hij zich liet begeleiden door een therapeut, scheen er weer licht in de duisternis. “Hoe diep je ook zit, je kan uit die put geraken en iets van je leven maken”, zegt hij naar aanleiding van de 10-daagse van de geestelijke gezondheid.

“Hoe diep je ook zit, je kan uit die put geraken”

Bjorn

Naar de kapper of de bioscoop gaan, de bus nemen of studeren aan de hogeschool: Bjorn Kiggen durfde het jarenlang niet omdat extreme paniekaanvallen elke sociale activiteit onmogelijk maakte. “Ik had een allesoverheersende angst om te moeten overgeven, of om naar het toilet te moeten op plekken waar dat niet kon”, zegt de Limburger, die ondertussen in Duitsland woont. “Met als gevolg dat ik niet meer buiten durfde te komen. Mijn angsten hadden alles overgenomen. Als jongvolwassene wilde ik zelfs uit het leven stappen. Ik had mijn afscheidsbrieven al geschreven. Ik zag geen andere uitweg meer.”

Amper psychologische hulp beschikbaar

Bjorn besefte heel goed dat hij hulp nodig had. “Maar als 15-, 16-jarige had ik geen idee wat er met mij aan de hand was. Ik had nog nooit van paniekaanvallen gehoord. Het enige wat ik wist, was dat mijn angsten almaar groter werden. En mijn wereld steeds maar kleiner. Nadat ik een jaar had thuisgezeten, wilde ik bijvoorbeeld voor de tweede keer met de hogeschool starten. Maar die eerste dag heb ik meteen rechtsomkeer gemaakt. Ik ben zelfs het klaslokaal niet binnengegaan. Zo kon het niet verder. Maar in de jaren ’90 bestond er amper professionele psychologische hulp, al helemaal niet in het kleine dorp waar ik woonde. Ik ben wel eens met de huisarts gaan praten, maar die schreef mij enkel een pilletje tegen darmklachten voor. Ach, ik neem die man niks kwalijk. Ik kon het probleem niet beschrijven en hij wist indertijd niet beter.”

Alles opnieuw geleerd

Het feit dat Bjorn toch bij de juiste hulpverlening terecht kwam, was eerder toeval. “Op een dag hoorde mijn moeder op de radio een therapeut gespecialiseerd in angsten. In zijn verhaal herkende ze meteen mijn symptomen. Ik heb contact opgenomen met hem en hij heeft me uitgelegd wat een paniekaanval is. En hoe die zich ontwikkelt. Ik heb gedragstherapie gevolgd, waarbij ik tussen de sessies door zelf oefeningen moest doen. Ik moest alles opnieuw leren, bijna zoals iemand die revalideert na een ongeval. De bus nemen, naar de cinema gaan, boodschappen doen… stap voor stap leerde ik opnieuw naar buiten gaan. Door die kleine stapjes kreeg ik weer wat zelfvertrouwen. En hoe meer zelfvertrouwen, hoe harder ik ging geloven dat ik mijn diploma toch nog zou halen.”

Buitenaards wezen

En zo geschiedde. Bjorn studeerde af, verhuisde naar Duitsland en bouwde daar een succesvolle carrière als salesmanager uit. “Maar ik heb me heel lang een buitenaards wezen gevoeld”, zegt hij. “Daar stond ik dan als twintiger voor het eerst op een studentenfuif, tussen allemaal dronken mensen. Ik wist niet waar ik het had. Ik was helemaal anders dan zij en dat zorgde voor frustratie. De therapie had me geleerd om met mijn angsten om te gaan en om door te zetten. Maar het had me niet geleerd om te accepteren wat er gebeurd was. Als tiener ging ik niet op vakantie, ik ging niet naar de jeugdbeweging, niet naar het zwembad. Vrienden had ik niet. Ik ben mijn hele jeugd kwijtgeraakt en dat heb ik zelf een plaats moeten geven.”

Positieve mindset

Hoe Bjorn dat deed? “Door mezelf voor te houden dat ondanks alles wat ik heb meegemaakt, ik toch mijn weg heb gevonden. Ik kan het verleden niet veranderen, maar ik kan wel de positieve gebeurtenissen voor ogen houden. Ik heb een fijne job, ik heb 2 gezonde kinderen, ik geef trainingen op mijn werk… dat zijn allemaal dingen die ik nooit voor mogelijk had gehouden toen ik bijna 2 jaar thuis zat opgesloten.”

“Als je in een donkere fase zit, denk je niet aan wat wél goed loopt in je leven. Daarom helpt het om aan het einde van de dag op te schrijven wat er positief was. En dat hoeft niks groots te zijn. ‘Ik heb lekker gegeten’, of ‘ik heb fijn gespeeld met de kinderen’ is al voldoende om in die positieve mindset te geraken. Die tekstjes kan je dan herlezen als je het moeilijk hebt. Dat is geen wondermiddel, maar voor mij werkt het.”

Anderen helpen

“Ik heb mijn verhaal neergeschreven in een boek en ik geef er lezingen over. Op die manier probeer ik anderen te helpen en te inspireren. Ik wil hen tonen dat hoe diep de put ook is, je er met de juiste hulp uit kan geraken. En dat je nog iets van je leven kan maken. Ik ben daar het beste bewijs van.”

“Ik lees overal dat zoveel jongeren met psychische problemen worstelen. En ik zie welke impact de oorlog in Oekraïne en de energiecrisis op ons mentaal welbevinden hebben. Ik ben geen psycholoog, geen psychiater. Ik ben enkel een ervaringsdeskundige. En het is mijn missie om ervoor te zorgen dat anderen, zeker jongeren, veel sneller hulp krijgen. Want hoe sneller je geholpen wordt, hoe minder blijvende schade je oploopt. Wie geen hulp krijgt, belandt misschien bij het OCMW of op de ziekenkas. Terwijl ook die mensen zoveel capaciteiten hebben. Daarom moeten we vroeg genoeg ingrijpen, zodat we hen zo snel mogelijk weer op de rails krijgen.”

Op de juiste knoppen duwen

“En nee, ik ben vandaag niet volledig paniekvrij. Ik wil zeker niet beweren dat mijn leven nu perfect is. Tijdens de lockdown had ik het bijvoorbeeld lastig. Maar ik weet ondertussen op welke knoppen ik moet duwen om uit zo’n aanval te geraken. Ik doe dan ademhalingsoefeningen of mediteer, ik trek de natuur in of ik ga sporten. Ik zal met mijn persoonlijkheid en mijn verleden nooit CEO van een multinational worden. Maar ik kan andere dingen doen om de wereld beter te maken. En dat kunnen we allemaal, op onze eigen manier. Je moet er alleen in blijven geloven. En hulp zoeken als dat nodig is.”